Wat is het dat de werken van Paul Gees zo natuurlijk maakt, terwijl ze op zich toch doordachte, zelfs berekende en dus kunstmatige constructies zijn? Zonder deze berekening, die hen hun unieke orde verleent, zouden ze niet standhouden, ze zouden instorten. Ze werken op ons in alsof ze natuur zijn. Het zou al te gemakkelijk zijn dit aan de aangewende materi-alen toe te schrijven. Dat klopt trouwens niet. Voor de steen zou het eventueel nog opgaan. Voor zover ik kan beoordelen, is het altijd gevonden of opgeraapte natuursteen. Maar alleen al het feit dat die met zoveel zorg gekozen is om artefact te worden, maakt hem meer dan louter natuur. Voor het hout gaat dit nog een stap verder. Dit zijn geschaafde planken of balken waaraan door mensenhanden een strakke vorm werd gegeven. En vooral het ijzer groeit niet aan de bomen en kan dus in geen geval een natuurproduct genoemd worden. Het natuurlijke moet derhalve op een dieper niveau liggen. We moeten voorbij materie en vorm kijken en ons afvragen waarom materie hier energie wordt. Spankracht, zwaartekracht, trekkracht, duw-kracht: alle spontane krachten die in de natuur aan het werk zijn, worden hier aangesproken en genieten een grote vrijheid. Ik denk dat het gevoel van natuurlijkheid, dat eigen is aan het werk van Paul Gees, vooral hiervan afkomstig is. Dit dode stuk hout, deze gestolde steen fungeren voor elkaar als een attractor. Ze worden als het ware tot elkaar aangetrokken. Ze ontmoeten elkaar, dringen in elkaar door, rusten op elkaar, omarmen, betasten, verkennen elkaar.De spanning van deze werken is dat ze zoveel potentiële energie bevatten en tezelfdertijd een en al rust zijn. Om welke spanning gaat het dan eigenlijk? Is het een verlangen naar beweging of een verlangen naar rust? Willen ze onverminderd in deze spanning blijven of hunkeren ze naar de ontlading? In ieder werk van Paul Gees valt dit samen. Dit is een momentum, een oponthoud waarin de tijd ophoudt, dat de tijd tot een eeuwigdurend verlangen maakt. Alles spreekt hier over het verlangen. Door de materie verlangen te geven, krijgt ze een ziel en een leven. Fragment uit de tekst ‘Concordia discors’ van Franci Smets HOUT, STAAL, STEEN•••
als inleiding op de tentoonstelling “NEGNITREPEOH” in Hoepertingen 2008
….gezien door de ogen van Paul Gees
.
Tentoonstellingen (o.a.)
18e Middelheimbiënale, Antwerpen
MUHKA, Antwerpen
De Lege Ruimte, Brugge
Atelier 340, Brussel
Creame Murray Gallery, Edinburgh
De Witte Zaal, Gent
Vereniging Museum voor Hedendaagse Kunst, Gent
Galerie Plus Kern, Brussel
Galerie Transit, Mechelen
De Vishal, Haarlem
‘De verzameling’, Gemeentemuseum Bergen op Zoom
Galerie Angel Romero, Madrid
Lotringerstrasse 21, München
Arte in Situazione Belgica, Rome
Galerie S65, Aalst
Galerie Lydie Rekow, Lyon
Galerie Brigitte March, Stuttgart
Beelden op de Berg, Wageningen
Het Apollohuis, Eindhoven
Odapark, Venray
‘Tweede natuur, Halle Zoersel /Lia Schelkens (BE)